Het Nieuwsblad, 7 maart 2022

Hoogbejaarde vrouw plots 800.000 euro armer na ‘schenking’ vlak voor overlijden: “Ze maakten misbruik van haar psychische zwakte

Twee notarissen zijn vrijgesproken voor het oplichten van een 97-jarige vrouw uit Knokke-Heist voor 800.000 euro via een schenking vlak voor haar overlijden. Voor drie personen uit hun entourage was de rechter minder mild. “Ze hebben op bedrieglijke wijze misbruik gemaakt van haar psychische zwakte.”

 

"De feiten dateren van maart 2013, een maand voor het overlijden van de 97-jarige Georgette D. Bij notaris Frank D. in Waarschoot zette ze haar handtekening onder twee schenkingen, goed voor een totaal van 800.000 euro. De begunstigde: Amélie D., dochter van Béatrijs L. Zij is de voormalige eigenares van Seaflower Service Palace in Knokke-Heist, het rusthuis waar Georgette op dat moment verbleef. Twee maanden na het overlijden van de vrouw richtte een anonieme briefschrijver zich tot haar nabestaanden en zo ging de juridische bal aan het rollen.

Oplichting

Het parket riep ook de Brugse notaris Michel V. naar de beklaagdenbank. Als toenmalige partner van Amélie D. zou hij zijn collega-notaris, een studievriend, hebben ingeschakeld om de aktes te laten verlijden. Tot slot werd ook Bernard B. voor de rechter gedaagd.

Hij had Amélie D., Béatrijs L. en Georgette D. naar de notaris gebracht. Concreet werden ze allen beschuldigd van oplichting, valsheid in geschrifte en het misbruik maken van de kwetsbare toestand van Georgette D.

Kortstondige contacten

De advocaten van de beklaagden hadden de vrijspraak gevraagd en daar ging de rechtbank ook gedeeltelijk in mee. De rechter oordeelde dat er geen sprake was van oplichting en valsheid in geschrifte. Ook dat de twee notarissen misbruik zouden hebben gemaakt van Georgette D. werd niet bewezen geacht. Daar zouden hun contacten met de vrouw ook te kortstondig voor zijn geweest.

Dat laatste ging helemaal niet op voor de drie andere beklaagden. “Ze hebben op een bedrieglijke wijze gebruikgemaakt van de psychische zwakte van Georgette D.”, oordeelt de rechter, die verwijst naar het rapport van een geneesheer, gevonden tijdens een huiszoeking bij een van de beklaagden en waarin vermeld staat dat ze “relatief heldere dagen afwisselde met dagen waarin ze sterk dementerend was”.

“Georgette D. had in september 2012 al aangegeven dat zij bijstand wou van een voorlopige bewindvoerder omdat zij zichzelf niet in staat achtte om haar vermogen op een adequate manier te beheren.” Maar in plaats van daar gevolg aan te geven werden de nodige documenten achtergehouden.

Zware schadevergoedingen

De rechter veroordeelde Amélie D., Béatrijs L. en Bernard B. elk tot een celstraf van vier maanden met uitstel en een effectieve boete van 2.400 euro, en het betalen van fikse schadevergoedingen. Vijf vzw’s die erfenisgelden hadden misgelopen en zich burgerlijke partij hadden gesteld, ontvangen samen 433.000 euro. Ook hun advocatenkosten, samen goed voor 30.000 euro, moeten door de veroordeelden worden vergoed."

 

Van Cauter Advocaten stond de vijf vzw's bij zich in deze zaak burgerlijke partij hebben gesteld.

 

Artikel in Het Nieuwsblad van 7 maart 2022:

https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20220307_95175147

 

Foto © D.C.

Lees meer
Grondwettelijk Hof, 3 februari 2022

De wetgever moet voorzien in een doeltreffende en preventief rechtsmiddel bij langdurige opsporingsonderzoeken

ARREST 15/2022: De wetgever dient te voorzien in een doeltreffend preventief rechtsmiddel voor de verdachte in een opsporingsonderzoek om een langdurig strafonderzoek te versnellen.

 

Naar aanleiding van twee prejudiciële vragen die werden gesteld door de Kamer van Inbeschuldigingstelling bij het Hof van Beroep te Gent heeft het Grondwettelijk Hof in het arrest van 3 februari 2022 geoordeeld dat artikel 136, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering, een schending inhoudt van het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie (artikelen 10 en 11 van de Grondwet), in samenhang gelezen met het recht op een eerlijk proces (artikel 6 EVRM) en het recht op een daadwerkelijk rechtsmiddel (artikel 13 EVRM), in zoverre het niet voorziet in een daadwerkelijk preventief rechtsmiddel voor de verdachte, dat erop gericht is een lopend opsporingsonderzoek te doen versnellen, indien dat onderzoek na een jaar niet is afgesloten.


Het is aan de wetgever om een dergelijk rechtsmiddel in te voeren. Hierbij dient de wetgever in het bijzonder erover te waken dat het doeltreffend is en dat de maatregelen die kunnen worden  genomen in het kader van een langdurig strafrechtelijk onderzoek, specifiek gericht zijn op het bespoedigen van de voortgang van het lopende onderzoek. In afwachting van het optreden van de wetgever, komt het toe aan de kamer van inbeschuldigingstelling van het Hof van Beroep te Gent een einde te maken aan de ongrondwettigheid, door artikel 136, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering bij analogie toe te passen in het kader van een opsporingsonderzoek.

 

Van Cauter Advocaten heeft in deze procedure de Kamer van Inbeschuldigingstelling bij het Hof van Beroep te Gent verzocht twee prejudiciële vragen te stellen aan het Grondwettelijk Hof en is tussengekomen in de procedure voor het Grondwettelijk Hof waar zij het Hof verzocht vast te stellen dat artikel 136 van het Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, schendt.

Lees meer
Het Nieuwsblad, 19 november 2021

Kaakslag voor Voetbalbond in zaak matchfixing: makelaars én voormalig bestuur KV Mechelen onterecht geschorst

 

"Opschudding in voetballand: de tuchtstraffen die het bestuur van KV Mechelen en twee makelaars destijds opgelegd kregen voor hun vermeende rol in matchfixing aan het eind van het seizoen 2017-2018, worden nietig verklaard. De Brusselse rechtbank is van oordeel dat het zestal hun schorsing terecht aanvocht en veroordeeld werd op basis van selectief bewijsmateriaal."

Van Cauter Advocaten stond een van de bestuursleden van KV Mechelen bij in deze procedure.

Artikel in Het Nieuwsblad van 11 november 2021:

https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20211119_94586042

 

Foto © BELGA

 

Lees meer
Het Nieuwsblad, 15 november 2021

Werd Georgette (97) vlak voor haar dood opgelicht door notarissen? “Ik vrees dat ik iets doms heb gedaan”

"Hebben twee notarissen samen met drie handlangers net voor haar dood de dementerende 97-
jarige Georgette D. opgelicht? Het Brugse gerecht vreest van wel en stelt vast dat er “op een
kwartiertje” 800.000 euro van haar rekening verdween, geld dat bestemd leek voor verschillende
dierenorganisaties. Het vijftal, onder wie de dochter van de rusthuisbazin, ontkracht dat er
onwettige dingen zijn gebeurd.

“Ik vrees dat ik iets doms heb gedaan.” Met die woorden alarmeerde de 97-jarige Georgette D. op
18 maart 2013 – een maand voor haar overlijden – haar vaste notaris. De gefortuneerde, alleenstaande
vrouw vertelde in paniek hoe ze bij een andere notaris een document had getekend. Bij wie en waarvoor
precies? Dat kon ze zich niet meer herinneren. Georgette D. nam ook haar vaste bankier en vaste
advocaat in vertrouwen.

Twee maanden na haar overlijden belandde bij een familielid plots een anonieme brief in de bus. De
melding: tante Georgette D. had twee dubieuze schenkingen van 400.000 euro gedaan aan Amélie D., de
dochter van de eigenares van het Knokse rusthuis Seaflower Service Palace, waar ze de laatste jaren van
haar leven verbleef.


Genekt door spiekbriefje


De anonieme brief betekende de start van een strafonderzoek. Volgens het Brugse gerecht kreeg
Georgette D. in de maanden voor haar dood te horen dat het geld – 800.000 euro dus – diende om een
fermette in Lissewege te kopen. Vijf personen speelden volgens het gerecht onder één hoedje.
“Georgette was bang dat ze uit haar serviceflat zou worden gezet en werd zo onder druk gezet”, zei de
procureur ter zitting. Hij sprak van een zwakke vrouw die al sinds de jaren 90 met cognitieve stoornissen
kampte.


Meer nog: uit telefonieonderzoek bleek dat de twee schenkingen in minder dan een kwartiertje
beklonken waren. Speurders troffen ook een briefje aan waaruit bleek dat het verhoor van de vijf
betrokken figuren minutieus was voorbereid. De procureur sprak harde taal: “Er zijn grenzen aan
hebzucht. Een duivelszak raakt blijkbaar nooit gevuld.”


“Helder, ondanks haar leeftijd”


Vijf personen op de beklaagdenbank dus, onder wie Amélie D., de dochter van de toenmalige bazin van
het rusthuis én haar toenmalige man Michel V., een Brugse notaris, plus een collega-notaris uit
Waarschoot. Ze benadrukten dat Georgette D. ondanks haar hoge leeftijd nog goed bij de pinken was en
in de jaren voordien al tal van schenkingen deed. Volgens advocaat Luc Arnou schonk de hoogbejaarde
dame het geld “uit appreciatie”. “Achteraf hebben ze nog samen champagne gedronken in Seaflower.”
Volgens haar testament moest het grootste deel van het fortuin van Georgette nochtans naar diverse
dierenorganisaties gaan. Sommigen onder hen stelden zich burgerlijke partij, naast enkele familieleden.
De advocaten van de beklaagden stelden dat die dierenorganisaties ook ruim twee miljoen euro
ontvingen. “Probleem: ze willen ook de rest.”


Op 29 november gaat het proces verder."

 

Van Cauter Advocaten staat in dit dossier de verschillende dierenrechtenorganisaties bij.

 

Artikel in Het Nieuwsblad van 15 november 2021.

Foto © Het Nieuwsblad

Lees meer
De Standaard, 11 oktober 2021

Verwacht geen mirakel van de ‘Kazerne Dossin-kuur’

 

Joris Van Cauter betwijfelt of een verplicht bezoek aan Kazerne Dossin mensen die de antidiscriminatiewetgeving overtreden op andere gedachten zal brengen.

 

Opiniestuk van Joris Van Cauter in De Standaard van 11 oktober 2021:

 

https://www.standaard.be/cnt/dmf20211010_97656938?utm_source=standaard&utm_medium=social&utm_campaign=send-to-a-friend

 

Foto © Franky Verdickt

Lees meer
Het Laatste Nieuws, 3 juli 2021

Joris Van Cauter: “Ik verdedig het liefst mensen die worden uitgespuwd."

Joris Van Cauter: "Ik verdedig het liefst mensen die worden uitgespuwd. Misschien omdat ik het zelf meemaakte toen ik met school stopte en ze zeiden dat ik achter de vuilkar zou gaan lopen."

 

"Het grote publiek leerde Joris Van Cauter (46) kennen toen hij advocaat werd van bisschop Roger Vangheluwe - hét gezicht van het misbruik in de kerk. Diezelfde Van Cauter wordt vervloekt omdat hij als raadsman van een Reuzegommer de rechter trachtte te wraken. En nu is hij ook de advocaat van Johan Sabbe, de topmagistraat die niet van zijn vrouwelijke chauffeur kon blijven. "Ik verdedig het liefst mensen die worden uitgespuwd. Misschien omdat ik het zelf meemaakte toen ik met school stopte in het vijfde middelbaar. De leraars zeiden dat ik voorbestemd was om achter de vuilniskar te lopen.""

 

Interview met mr. Joris Van Cauter in Het Laatste Nieuws van 3 juli 2021:

https://www.hln.be/nieuws/joris-van-cauter-ik-verdedig-het-liefst-mensen-die-worden-uitgespuwd-misschien-omdat-ik-het-zelf-meemaakte-toen-ik-met-school-stopte-en-ze-zeiden-dat-ik-achter-de-vuilkar-zou-gaan-lopen~a9332f59/

 

 

 

Lees meer
KW, 23 juni 2021

Eigenaar cannabisloods krijgt werkstraf

De Gentste eigenaar van een loods die verhuurd werd aan Bulgaren dewelke er een cannabisplantage onderbrachten is in graad van beroep veroordeeld tot een werkstraf van 200 uur. Zijn straf werd hervormd van 18 maanden effectief naar een werkstraf van 200 uur.

Hij werd vrijgesproken de diefstal van elektriciteit. 

 

Van Cauter Advocaten stond de eigenaar van de loods bij tijdens deze procedure.

Artikel in De Krant van West-Vlaanderen van 23 juni 2021:

https://kw.be/nieuws/criminaliteit/drugs/eigenaar-cannabisloods-krijgt-werkstraf/

 

Lees meer
Radio 1, 21 juni 2021

"Iedereen die 5 gram juridisch verstand heeft, zal het eens zijn met mijn wrakingsverzoek"

Mr. Joris Van Cauter geeft toelichting bij het wrakingsverzoek dat hij heeft neergelegd in de zaak Reuzegom.

 

Intervieuw op Radio 1 van 21 juni 2021:

https://radio1.be/luister/select/sporza-ek-en-de-wereld-vandaag/joris-van-cauter-iedereen-die-5-gram-juridisch-verstand-heeft-zal-het-eens-zijn-met-mijn-wrakingsverzoek

Lees meer
DS, 29 april 2021

Als de journalist zijn pen laat leiden

Joris Van Cauter

Advocaat van een van de beklaagden in de zaak-Reuzegom en van een van de politieagenten in de zaak-Bangoura.

 

Gerechtelijke journalisten laten zich te vaak voor iemands kar spannen, ziet Joris Van Cauter. Dat is een gevaarlijke ontwikkeling. Volstaat de zelfregulering van de media om partijdigheid te voorkomen?

Gerechtsjournalistiek kan meer zijn dan het verslag over de slechte soap die het leven soms is. Het is belangrijk dat de bevolking gerust en vrij kan leven in de gedachte dat recht wordt gedaan en dat de pers daar op een zorgvuldige en bedachtzame wijze mee over waakt, en dat ze zelfs onrecht aan het licht brengt. Denk aan Watergate. Of aan de terechtstelling van de onschuldige Vlaamse arbeiders Jean Coucke en Pieter Goethals in Charleroi op 16 november 1860.

Coucke en Goethals werden veroordeeld op een proces dat boven hun hoofd werd gevoerd in het Frans, een taal die zij niet verstonden, en met als tolk een Luxemburgse rijkswachter die het Frans noch het Nederlands meester was. Zelfs toen de werkelijke daders enkele jaren later bekentenissen aflegden, bleef procureur-generaal Charles de Bavay overtuigd van hun schuld. Het is in grote mate door de onverdroten ijver van de Antwerpse journalist en politicus Harry Peters dat Coucke en Goethals eerherstel kregen.

Een recenter voorbeeld vind ik niet meteen. En dat ligt heus niet aan onze feilloze justitie. Vandaag laten sommige journalisten hun pen leiden door een deel van het strafdossier dat ze krijgen van een partij in het proces, die een eigen agenda heeft. Ook al schrijft de journalist de hem aangereikte processen-verbaal letterlijk over in de krant, dan nog schetst hij een vertekend beeld. Want dat zijn maar enkele bladzijden uit het dikke strafdossier. Voor een goed begrip moet je het volledige dossier lezen, van voren naar achteren.

 

Verzinsels

Mijn stelling, dat het om een gevaarlijke vorm van overschrijven gaat, is eigenlijk nog te voorzichtig. Het is veel erger. Op 23 april heeft de Raad voor de Journalistiek geoordeeld dat de berichtgeving van journalist Douglas De Coninck in De Morgen naar aanleiding van het Reuzegom-dossier vals is (DS 27 april). Een jongeman die geen publiek figuur is en niet betrokken was bij de fameuze doop, werd met naam en voornaam in de krant vermeld. De journalist citeerde overvloedig uit zijn verklaring aan de politie. Die citaten zijn bedoeld om afschuw op te wekken en afkeer te creëren voor de jongeman en zijn naasten. Uit de beslissing van de Raad voor de Journalistiek blijkt dat het niet eens echte citaten zijn, het zijn verzinsels van de journalist, woorden die uit de context zijn gehaald of zo zijn samengebracht dat er een volledig verkeerd beeld ontstaat van wat de jongeman in werkelijkheid zei tijdens het verhoor.

 

Het is onaanvaardbaar dat je in dit land als journalist in alle rust verder kunt doen met tien of meer veroordelingen op je kerfstok

De Raad stelt nog dat de vermelding van de naam en voornaam in de krant zijn privéleven aantast, meer dan vereist was door het maatschappelijke belang van de berichtgeving. De Coninck noch De Morgen lijkt te beseffen dat het om een fundamentele fout ging. De eerste reageerde op Twitter met een inmiddels verwijderd fragment van een sketch uit Wat als?. Wat hij daarmee bedoelde, is onduidelijk. Wat als het echt waar was geweest? De Morgen verontschuldigde zich afgelopen maandag voor de onzorgvuldigheden in het stuk en voor de schending van de privacy. In datzelfde artikel waren de naam en voornaam opnieuw voluit vermeld. Dat is lachen met de beslissing van de Raad. Dat kan natuurlijk ook, want zo’n beslissing heeft alleen een moreel gezag, sancties legt de Raad niet op.

Je kunt in dit land als journalist in alle rust verder doen met tien of meer veroordelingen op je kerfstok. Dat is onaanvaardbaar, en niet alleen voor de enkelingen die er het slachtoffer van worden. Want op die manier vormt de vierde macht een gevaar voor de rechtsstaat. Zo’n kwaadwillige berichtgeving leidt ertoe dat mensen het recht in eigen handen nemen, hitst mensen tegen elkaar op en leidt finaal tot ongeloof in de media.

Het bemoeilijkt ook het werk van justitie. Kun je als advocaat nog iemand (bijvoorbeeld een getuige) adviseren vrijuit te spreken in een gerechtelijk onderzoek, wanneer je niet kunt garanderen dat zijn verklaring de volgende dag niet verdraaid in de krant staat? Zwijgen is dan ook een legitieme optie.

 

Waarheidsliefde

De bevoorrechte positie en bescherming van journalisten zijn democratisch noodzakelijk. Hun bronnengeheim is beter beschermd dan dat van een advocaat of dokter. Maar die bescherming is niet vrijblijvend. Ze vereist dat journalisten bekwaam en genoeg onderlegd zijn om hun onderwerp te begrijpen, en onpartijdig en verstandig genoeg zijn om zich niet voor iemands kar te laten spannen. Dat ze zich laten leiden door waarheidsliefde in plaats van door sensatiezucht. In een gezonde democratie kan een functionerende en onafhankelijke vierde macht maatschappelijk belangrijke thema’s op de agenda plaatsen, de rijken en machtigen in het gareel houden en schandalen aan de kaak stellen. Dat verklaart waarom dictators en kleptocraten het niet alleen op rechters en advocaten hebben gemunt, maar ook op journalisten. Macht is een gevaarlijk en moeilijk hanteerbaar instrument, ook voor diegenen die alleen de pen hanteren.

Of de zelfregulering via de Raad voor de Journalistiek voldoende is om de balans in evenwicht te houden, valt te betwijfelen. Diezelfde Douglas De Coninck is genomineerd voor de Belfius Persprijs met het artikel ‘Het laatste levensuur van Lamine Bangoura’. Dat stuk is in hetzelfde bedje ziek: partijdig, partieel en vol bedrieglijke citaten uit het strafdossier, die politiemensen afschilderen als onmensen of moordenaars. Het surfte mee op de golven van Black Lives Matter en creëerde een sfeer waarin politiemensen niet naar hun proces voor de kamer van inbeschuldigingstelling durfden te gaan.

Dat de kamer van inbeschuldigingstelling in Gent in een uitgebreid arrest van 25 bladzijden alle insinuaties en beschuldigingen van tafel heeft geveegd, is blijkbaar niet van belang voor de jury van de Belfius Persprijs. Het krantenartikel is volgens Belfius allicht beter dan het arrest. Fictie gaat boven de waarheid. We zijn op een beangstigend hellend vlak aanbeland.

 

Opiniestuk van Joris Van Cauter in De Standaard van 29 april 2021:

https://www.standaard.be/cnt/dmf20210428_97748691?utm_source=standaard&utm_medium=social&utm_campaign=send-to-a-friend    

foto: © Lectrr

Lees meer

Wij gebruiken cookies

Door deze website te gebruiken, aanvaardt u de cookies. Voor meer informatie, zie ons privacy- en cookiesbeleid