De Standaard, 2 april 2024

Lessen uit een proces dat justitie heel graag wou

Justitie trad snel en doortastend op in de zaak tegen Bart De Pauw, stelt Joris Van Cauter vast. Een schoolvoorbeeld van klassenjustitie. Tot een catharsis heeft het niet geleid.

“Het proces dat niemand wou” is een proces dat, als je het nader bekijkt, velen heel graag wilden. Niet het minst justitie zelf. Het is een schoolvoorbeeld van klassenjustitie. En niemand schijnt dat te zien. Belaging en het creëren van een elektronische overlast zijn veelvoorkomende ‘relationele’ misdrijven. Het zal wel koelen zonder blazen, is de basishouding van justitie. Uit de praktijk blijkt dat de veelvuldige klachten van slachtoffers heel vaak zonder gevolg blijven. Af en toe, wanneer het leidt tot levensdelicten, met dramatische gevolgen. In de regel dien je als advocaat zelf naar de onderzoeksrechter te stappen vooraleer er iets gebeurt. En die onderzoeksrechter zit meestal niet te wachten op nog maar eens een uit de hand gelopen (v)echtscheiding.

Hoe anders ging het in de zaak-Bart De Pauw. Nog voor bij de politie één klacht gekend was, liet de procureur des Konings zelf een voorlopig proces-verbaal opstellen. Op 11 november nota bene. De procureur vatte diezelfde 11 november 2017 nog een onderzoeksrechter. Die laatste ging vervolgens over tot huiszoekingen en een telefoontap. Ook ging de onderzoeksrechter over tot het persoonlijk verhoren van alle betrokken vrouwen en Bart De Pauw zelf. Voor het proces ten gronde werden op de rechtbank in Mechelen twee volledige dagen uitgetrokken.

Een “gewoon” slachtoffer van belaging of zelfs verkrachting krijgt in de regel de onderzoeksrechter niet te zien. Die heeft daar geen tijd voor. De verhoren zijn politiewerk. Een huiszoeking of telefoontap voor dit soort misdrijven is de absolute uitzondering. Wanneer het tot een proces komt, dan wordt het belagingszaakje op een goede 30 minuten afgehandeld samen met ongeveer twintig andere zaken dezelfde ochtend.

Eerlijk proces

Afgaande op de reacties van de betrokkenen is dit doortastend optreden van justitie geen succesverhaal. De oudste feiten dateren van meer dan 20 jaar geleden en tot op vandaag is van een catharsis geen sprake. Integendeel.

Met steun van velen uit de culturele wereld trekt de VRT nu drie weken de tijd uit om acht vrouwen hun verhaal te laten doen over het gedrag van Bart De Pauw. Een vijfsterrendocumentaire, volgens velen. Toch enkele bedenkingen. Net zoals in Godvergeten wordt een verhaal gebracht louter en alleen vanuit één kant. Anders dan in Godvergeten kreeg hier de andere zijde wel de kans om mee te werken. Dat werd geweigerd. Als kijker kun je dat betreuren maar als advocaat begrijp ik het. Meer nog, het is de enige juiste keuze. De opnamen vonden plaats tijdens het proces. Met de camera op schoot naar het proces. Begin als beklaagde maar eens op twee fronten te strijden. In Mechelen voor drie rechters, die na woord en wederwoord beslissen over schuld en straf. Je moet het hebben meegemaakt om te weten hoe ingrijpend het is. Maar er is altijd hoop.

Hoop op een eerlijk proces. Daar gaven de rechters blijk van in hun vonnis dat begint met de verklaringen van alle betrokkenen, vanwege de vrees dat in samenvattingen de nuances verloren dreigen te gaan. Hoop op een vrijspraak of ten minste op een straf op mensenmaat. Een straf die perspectief biedt, soms helend is en in ieder geval eindig. In het vonnis vinden we dat terug: de rechters stellen in hoofde van Bart De Pauw oprecht schuldbesef vast. Vandaar een straf met uitstel van tenuitvoerlegging.

 

Catch 22

Het andere front ligt op televisie. Voor heel Vlaanderen, en daar is er geen hoop. De juridische waarheid is hier minder van belang. Het gaat om iets anders. De reportagemaker van Het proces dat niemand wou wil de kijker iets leren: hoe gevaarlijk machtsrelaties kunnen zijn en welke impact dit kan hebben op wie er slachtoffer van is. Je bent als beklaagde het voorwerp van een les aan de kijker. Ja, de reportage zou zelfs deel moeten uitmaken van het lessenpakket.

Een gruwelijkere straf is moeilijk denkbaar. Generatie na generatie wordt geconfronteerd met jouw fouten. Maatschappelijk en familiaal ben je quasi dood. Deze straf kun je niet uitzitten, deze straf biedt geen enkel perspectief. Jouw schuld neemt ook geen einde met het betalen van de burgerlijke partijen. Die juridische benadering heeft plaatsgemaakt voor een moralistische benadering. Zonden kunnen vergeven worden na een gelaïciseerde publieke mediabiecht.

Dat de rechter heeft geoordeeld dat je aan jezelf hebt gewerkt en blijk hebt gegeven van oprecht schuldbesef is van geen tel. Het oordeel over schuldbesef en oprechtheid komt niet aan de rechter toe maar aan het volk. Daarom moet je nog eens op het scherm door het zand gaan en excuses aanbieden. Voor waar je schuldig aan bevonden bent. En ook voor waar je niet schuldig aan bent. Er zijn immers altijd wat fouten die juridisch helaas de dans hebben ontsprongen. Die excuses worden vervolgens gewogen door enkele mediarechters op hun oprechtheid en zo kan de genade van het volk terug over jou komen.

Enig probleem is dat tot vandaag nog niemand geslaagd is in deze beproeving: wie zich hieraan waagt beoogt uiteindelijk altijd eigenbelang en dan kunnen excuses natuurlijk niet oprecht zijn. Dat is de catch 22 van de mediabiecht. Het proces dat echt nog altijd niemand wil, is van een andere aard. Dat vergt een ander onderzoek. Met name hoe het komt dat diegenen die vandaag het hardst zijn in hun veroordeling gisteren het hevigst in hun lofbetuigingen. Een oud zeer. En passend bij de tijd van het jaar: hoe weinig tijd er is tussen Palmzondag en Goede Vrijdag.

 

Artikel uit De Standaard, 02/04/2024

Foto: © belga

Lees meer
De Standaard, 25 januari 2024

Wrakingen, persoonlijke aanvallen op rechters: justitie moet zich bezinnen voor het te laat is

Je moet geloven in justitie om erin te kunnen functioneren. Dat vertrouwen is helaas helemaal zoek, waardoor het rechtssysteem alle geloofwaardigheid dreigt te verliezen.

Lees het volledige opiniestuk via volgende link: https://www.standaard.be/cnt/dmf20240124_97009827

Lees meer
Het Nieuwsblad, 23 januari 2024

Man die ‘hielp’ bij afhandeling van erfenis veroordeeld voor oplichting

WAASMUNSTER / LEBBEKE - 

F.S., een man uit Lebbeke, kreeg van de Dendermondse rechtbank een voorwaardelijke celstraf opgelegd en een boete van 4.000 euro voor het oplichten van een oudere vrouw uit Waasmunster. “Ze werd omsingeld door aasgieren die uit waren op de erfenis van haar man. Hij was daar één van”, sprak haar advocaat Joris Van Cauter tijdens het proces.

De man van een 75-jarige vrouw kwam in 2012 te overlijden. Twaalf jaar later is de afhandeling van de nalatenschap nog steeds niet rond.

“Vooral de dochter van de man probeert de zaak op de lange baan te schuiven. Ze heeft schulden en de banken staan klaar om beslag te leggen op de erfenis”, sprak de advocaat van het slachtoffer. “Sinds het overlijden wordt zijn weduwe omsingeld door aasgieren die beloven de erfeniskwestie rond te krijgen en daar zelf ook een graantje van mee te pikken.”

Volgens de advocaat was de beklaagde één van die zogezegde aasgieren. F.S. maakte de afspraak met de beklaagde om via zijn advocaten schot in de zaak te krijgen. In ruil vroeg hij 7,5 procent van de erfenis.

“Hij dacht aan een quick win, maar merkte al snel dat het dossier muurvast zat”, pleitte Van Cauter. “Hij gooide het dan maar over een andere boeg en probeerde haar op te lichten met een bijkomende overeenkomst waarbij ze zogezegd een lening kreeg om de kosten van zijn advocaat te betalen. ‘Louter boekhoudkundig’ maakte hij haar wijs.”

80.000 euro

Plots vroeg de beklaagde het zogezegde geleende geld terug. Geld dat ze volgens haar advocaat nooit had ontvangen. “Plots moest zij 80.000 euro aan hem betalen. Hij probeerde een oude, weerloze en kwetsbare vrouw op een bedrieglijke manier geld te ontfutselen”, aldus Van Cauter.

Volgens de verdediging van S. is er geen sprake van oplichting en werden de bedragen wel degelijk aan het slachtoffer gegeven.

De voorzitter oordeelde echter in het voordeel van het slachtoffer en veroordeelde S. tot een voorwaardelijke celstraf van vijftien maanden en een boete van 4.000 euro. Bovendien moet hij het slachtoffer een schadevergoeding van 2.500 euro betalen.

 

Artikel uit HET NIEUWSBLAD - 22/01/2024

Foto: © ANP

 

Lees meer
De Morgen, 3 oktober 2023

De kritiek in ‘Godvergeten’ vergt een correcte weergave van de feiten en ernstige bewijzen. En daar wringt het schoentje

Door in ‘Godvergeten’ op geen enkele manier het narratief van de advocaten in vraag te stellen, werd de reportage gekruid met feitelijk onjuiste informatie, schrijft advocaat Joris Van Cauter. Ten tijde van Operatie Kelk was hij de raadsman van bisschop Vangheluwe.

De emoties laaien in Vlaanderen hoog op. Hoe komt het dat Godvergeten, een reportage die in essentie oud nieuws brengt, vandaag zoveel mensen raakt? Misschien omdat we voor het eerst geconfronteerd worden met het rauwe, zichtbare leed van slachtoffers van misbruik. Die getuigenissen, geplaatst naast een interview van een dader die zich van geen kwaad bewust schijnt te zijn, komen hard aan. Het zijn verhalen uit een Vlaanderen waarin de kerk alomtegenwoordig was. Vandaag is dat allerminst nog het geval. Soortgelijke misbruikverhalen hoor en lees ik als advocaat in strafzaken vandaag nog altijd. Niet meer binnen de kerk maar erbuiten. Het ‘weg kerk, weg misbruik’-idee is wat te simpel en zal hopelijk plaats ruimen voor aandacht voor hedendaags kinderleed als het stof is neergedaald.

Een ander onderdeel van Godvergeten is het relaas van de zoektocht naar juridische gerechtigheid van de slachtoffers. Dat verhaal wordt uitsluitend verteld door de advocaten van de slachtoffers. Dat eenzijdige perspectief is wat dit aspect van de reportage betreft problematisch. In essentie brengen ze een relaas van een corrupte rechtsgang in zowel de burgerrechtelijke als strafrechtelijke procedure. Men heeft het over “clandestiene zittingen”, het illegaal doen verdwijnen van de belangrijkste bewijzen, het boven de wet staan van “de kerkelijke autoriteiten”. De schuldigen zijn dan de advocaten van tegenpartijen, partijdige/corrupte rechters en procureurs.

Dat zijn ernstige beschuldigingen. Zeker wanneer ze afkomstig zijn van een advocaat. Een advocaat vervult een centrale positie binnen de rechtsbedeling, en in die sleutelrol draagt hij bij tot het vertrouwen van de burger in de rechterlijke macht binnen de democratische rechtsstaat. Uiteraard betekent dit niet dat een advocaat geen kritiek mag geven op rechterlijke uitspraken of het verloop van een procedure. Scherpe kritiek vergt wel een correcte weergave van de feiten en ernstige bewijzen. En daar wringt het schoentje.

Het valt te betreuren dat de makers van de reportage zomaar genoegen hebben genomen met de boude beweringen van advocaten die één partij vertegenwoordigen. Niets werd geverifieerd of aan tegenspraak onderworpen. Had men dit wel gedaan, dan zou men te weten zijn gekomen dat er geen clandestiene zittingen zijn geweest, geen stukken onwettig zijn verdwenen, en dat alle dossierstukken grondig werden onderzocht. Men zou dan ook zien dat de burgerlijke partij ruim de kans kreeg om alle stukken in te kijken (zelfs via een digitale kopie), dat de beslissing tot teruggave van bepaalde stukken inmiddels al meer dan acht jaar bekend was bij alle betrokkenen, en dat de burgerlijke procedure niet gestrand is op immuniteit van het Vaticaan maar wel op een slecht opgestelde dagvaarding. Dat laatste verifiëren was nochtans niet moeilijk: het staat letterlijk in het arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens van 12 oktober 2021.

Door in Godvergeten op geen enkele manier het narratief van de advocaten in vraag te stellen, werd de emotie in de reportage gekruid met feitelijk onjuiste informatie. Daardoor is een vergiftigd debat ontstaan met als conclusie dat ‘de kerk’ (gemakkelijkheidshalve voldoende vaag gehouden) niet uitsluitend alleen verantwoordelijk is voor het misbruik, maar ook nog eens voor het corrumperen van justitie. Het beeld van justitie is dan dat van een gewillig speeltje in handen van die ‘kerk’. Wie justitie vandaag kent, weet dat dit te gek is voor woorden, maar bij gebrek aan tegenspraak is men er wel in geslaagd die schijn te wekken.

De reactie van het federaal parket net voor het weekend komt te laat voor de schade die reeds is aangericht. Nochtans is het een feit dat Operatie Kelk kosten noch moeite heeft gespaard om het verleden (de oudste feiten van 1947…) te onderzoeken. Dat een onderzoek niet altijd het door de burgerlijke partijen of hun advocaten gewenste resultaat heeft opgeleverd, is op zich geen fout van het onderzoek. Net zoals het feit dat justitie grenzen heeft: doden kunnen niet meer veroordeeld worden, verjaarde feiten niet meer beoordeeld.

De vraag is of we soms niet te veel verwachten van justitie. De advocate van de burgerlijke partijen liet het voorbije weekend optekenen dat bisschop Bonny eigenlijk enkel nog mag zeggen dat de kerk juridisch aansprakelijk is. Voor de rest zou hij beter zwijgen. Dit is een al te reductionistische visie. Het verleden laat zich niet alleen uitdrukken in termen van strafrechtelijke schuld of burgerrechtelijke aansprakelijkheid. Dat is ook wat verschillende slachtoffers mij de laatste dagen expliciet zeggen.

Als we leed werkelijk willen helen, moeten we misschien eens buiten een strikt juridisch kader durven te denken. Het is in Vlaanderen allemaal begonnen met een West-Vlaamse bisschop. Misschien vinden we een deel van de oplossing wel bij een Zuid-Afrikaanse bisschop: Desmond Tutu, de voorzitter van de Waarheids- en Verzoeningscommissie in Zuid-Afrika. De bedoeling van zijn commissie was het leed en het onrecht aan te pakken vanuit de behoefte die er is aan begrip maar niet aan wraak, aan genoegdoening maar niet aan vergelding, aan verbondenheid (ubuntu) en niet aan slachtofferschap. In de gewone rechtsgang is daar geen plaats voor. Als advocaat moet je daar ook op wijzen in plaats van valse hoop te creëren.

 

De kritiek in ‘Godvergeten’ vergt een correcte weergave van de feiten en ernstige bewijzen. En daar wringt het schoentje (demorgen.be)

Beeld: Wannes Nimmegeers, Damon De Backer

Lees meer
Het Nieuwsblad, 19 september 2023

Peperduur onderzoek, maar man verdacht van diefstal bitcoins ter waarde van 195.000 euro vrijgesproken

Na een jarenlang onderzoek werd een Libanese Bitcoin-trader vrijgesproken door de Rechtbank van Eerste Aanleg te Veurne. Het federaal parket vorderde nochtans een effectieve gevangenisstraf van 4,5 jaar. Van Cauter Advocaten kon de rechtbank ervan overtuigen dat er geen direct bewijs bestond tegen de man en dat het onderzoek in te grote mate gebaseerd was op de resultaten van een eenzijdig gevoerd privé-onderzoek door de ‘Energi Bureau of Investigation’ (EBI) (https://fullycrypto.com/crypto-scammer-simon-tadros-accused-of-stealing-millions).

De Bitcoin-trader, die sinds zijn overlevering aan België in augustus 2021 verplicht in België verblijft, kan op die manier eindelijk terugkeren naar zijn familie en naasten in Libanon.

Ook voor cybercrime gerelateerde misdrijven kan u bij Van Cauter Advocaten terecht.

 

Link: https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20230919_93897371

Lees meer
De Morgen, 5 juni 2023

Welke verwijten na het Reuzegom-arrest zijn terecht, en welke niet?

De verontwaardiging over de lage straffen van de Reuzegommers is groot. De Morgen houdt zeven stellingen tegen het licht die opduiken in het protest.

1. ‘De traditionele media verzwijgen de namen van de Reuzegommers. Ze zitten mee in het bad.’

De bekende YouTuber Acid gooide de namen van vijf Reuzegommers online, en er gaan steeds meer stemmen op om zijn voorbeeld te volgen. Op de redactie van De Morgen is lang gepraat over het al dan niet noemen van de namen van de veroordeelde Reuzegommers. Aangezien er werkstraffen zijn opgelegd en ze vrijuit gaan voor de zwaarste aantijgingen, hebben we ervoor gekozen om de anonimiteit te bewaken en initialen en/of bijnamen te gebruiken.

 

Als iemand door het hof van assisen tot een jarenlange celstraf veroordeeld wordt of als het gaat om mensen met macht of aanzien, schrijven we hun naam in de krant wel voluit. Voor onbekende burgers die werkstraffen opgelegd krijgen, ligt dat anders, omdat de focus ligt op re-integratie. In praktijk wordt er ook minder over dat soort zaken bericht.

Over de keuze om de namen niet te noemen, mag discussie bestaan. Dat is op de redactie van De Morgen ook het geval. Maar het protest gaat intussen niet meer alleen over het noemen van namen. De verontwaardiging over de lage straffen van de Reuzegommers is een breder protest geworden tegen de ‘elite’ die de potjes gedekt wil houden. “Er worden door de maatschappij dieperliggende zaken in dit arrest geprojecteerd”, verduidelijkt advocaat Joris Van Cauter die ‘Remork’ bijstond.

2. ‘Hun ouders zijn rijk en de Reuzegommers hadden de beste advocaten. Dit is klassenjustitie.’

Sanda Dia stierf in een vernederend ritueel waarvan hij hoopte dat het hem binnen zou loodsen in het geprivilegieerd netwerk van Reuzegom. Er werd op hem geplast, hij kreeg geblende muizen en vissen te eten en moest liters sterke drank drinken. Na zijn dood bleek dat netwerk onaantastbaar. De gekleurde jongen is dood, de Reuzegommers krijgen een tweede kans. Voor veel betogers is dit arrest een duidelijk voorbeeld van klassenjustitie.

Hadden jongens met een migratieachtergrond of andere sociale status een zwaardere straf gekregen? Sociaal ondernemer Youssef Kobo gelooft van wel. Ook Sven Mary, advocaat van de vader en de broer van Sanda Dia, is ervan overtuigd dat jongens met migratieachtergrond anders behandeld zouden worden.

Die bewering is moeilijk te bewijzen. In Nederland deed de Universiteit Leiden in 2015 een omvangrijk onderzoek naar etnisch gerelateerde verschillen in straftoemeting. Dat liet zien dat daders van andere origine vaker en soms ook langere onvoorwaardelijke gevangenisstraffen krijgen dan autochtone daders. Maar een groot deel van de verschillen konden verklaard worden door de uitkomsten te corrigeren voor persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals de aanwezigheid van een strafblad, waardoor het allemaal minder zwart-wit werd.

Wat in het dossier Reuzegom vaak vergeten wordt als men uitspraken doet over racial bias, is dat er in de beklaagdenbank ook een jongen zat met andere roots. Z.B., alias Rafiki, is – net als Sanda Dia – de zoon van een witte moeder en een zwarte vader. Hij werd veroordeeld tot een werkstraf van 250 uur en een geldboete.

Niet alleen de Reuzegeommers werden bijgestaan door topadvocaten, ook langs de kant van de burgerlijke partijen stonden ervaren pleiters.

3. ‘Er is een jongen dood, en toch krijgen ze een lichte straf.’

De bestraffing is mild, zeker in vergelijking met de straf die het Openbaar Ministerie had gevraagd. Dat heeft te maken met het grote verschil dat in het strafrecht bestaat tussen opzettelijke en onopzettelijke doding. Volgens het Antwerpse hof van beroep waren de leden van Reuzegom onvoorzichtig bij de doop van Sanda Dia, maar hebben zij zijn dood niet opzettelijk veroorzaakt. Die redenering leidde naar werkstraffen, en niet de celstraffen die het Openbaar Ministerie had geëist.

Daar tegenover staat dat het hof van beroep wel zware werkstraffen uitsprak: van 200 uur tot het wettelijke maximum van 300 uur.

De veroordeling komt niet op hun strafblad. Zelfs al wordt zo’n uittreksel uit het strafregister in veel privébedrijven niet gevraagd, dan nog had het symbolisch een blijvende herinnering kunnen zijn aan wat er gebeurd is met Sanda Dia.

Waarom het hof een werkstraf verkiest boven een celstraf, staat niet letterlijk in het arrest, maar het is duidelijk dat de raadsheren maximaal hebben willen inzetten op een tweede kans voor de jonge beklaagden.

4. ‘Een boete van 400 euro is niets. Het is evenveel als de ex-Reuzegommers betaalden die in 2009 een varken mishandelden.’

Het is verleidelijk, maar ook moeilijk om rechtszaken met elkaar te vergelijken: het gaat immers altijd om individuele dossiers.

De focus ligt hier op een werkstraf. Onopzettelijke doodslag kan bestraft worden met een gevangenisstraf van minimum drie maanden en maximum twee jaar, en een geldboete tussen 50 en 1.000 euro. Het Antwerpse hof van beroep veroordeelde de Reuzegommers tot de minimumboete.

Dat bedrag moet nog maal 8 (opcentiemen) worden gedaan, wat de uiteindelijke boete op 400 euro (50 euro x 8) brengt. De veroordeelde Reuzegommers draaien daarnaast ook op voor de gerechtskosten en de schadevergoedingen voor de burgerlijke partijen. Voorlopig zijn die kosten begroot op 67.277,47 euro, oftewel 3.737,63 euro per veroordeelde. In totaal zullen de Reuzegommers dus meer dan 4.000 euro moeten betalen.

Dat is nog altijd weinig. Waarom het hof die lage boete uitspreekt, wordt niet verduidelijkt in het arrest. “Misschien was er minder commotie geweest als die boete niet was uitgesproken”, zegt Joris Van Cauter. “Dat was juridisch mogelijk geweest als er verzachtende omstandigheden zouden zijn aangenomen.”

De Reuzegommers die in 2009 een biggetje mishandelden, hebben 400 euro betaald. Toen was er geen beslissing van een rechter, maar werd er een minnelijke schikking bereikt tussen de studenten en het parket van Leuven. Hoe dat bedrag bepaald werd, is niet bekend. De som die betaald werd in de zaak Spekkie is een zogenaamde ‘afkoopsom’.

5. ‘De Reuzegommers hebben op de eerste doopdag in Leuven – op 4 december 2018 – gelogen tegen een docente geneeskunde die haar bezorgdheid uitte over Sanda Dia. Dat is schuldig verzuim.’

Hoewel de groep op dat moment nog naar Vorselaar moest vertrekken, verklaarde een van de Reuzegommers tegenover de docente dat de doop praktisch gedaan was. Hij verzekerde haar ook dat hij geneeskundestudent was, en dat hij behoorde tot de studentenclub Medica.

Op het proces is niet uitgeklaard welke Reuzegommer toen gesproken heeft. Het is laakbaar dat daarover gelogen wordt, maar het is ook niet zeker of dit element bij de beoordeling zo’n verschil had gemaakt.

Het staat vast dat Sanda Dia erg verzwakt was toen hij aankwam in Vorselaar, maar tijdens het onderzoek is dit moment in Leuven nooit in het vizier gekomen als het ging over schuldig verzuim. Om iemand te veroordelen voor schuldig verzuim, moet die wetens en willens beslissen om niet op te treden als er gevaar dreigt.

Op bewakingsbeelden is te zien hoe Sanda Dia in Leuven niet meer op zijn benen kan staan, maar hij is op dat moment niet in levensgevaar. De student uit Edegem stierf door een acuut hersenoedeem, veroorzaakt door te veel zout in zijn lichaam door de grote hoeveelheden vissaus. Daar was nog geen sprake van in Leuven.

Ook de feiten die plaatsvonden in Leuven zijn beoordeeld door het hof van beroep van Antwerpen. De vissaus komt pas in Vorselaar op de proppen. Het hof oordeelde daarover dat de Reuzegommers wel hulp hebben gezocht toen ze begrepen dat Sanda Dia in gevaar was.

6. ‘De Reuzegommers hebben zich duidelijk racistisch uitgelaten. Waarom werden ze dan niet veroordeeld voor racisme?’

Voor de feiten maakte een van de Reuzegommers een filmpje van hoe een zwarte dakloze werd bezongen: “Handjes kappen, de Congo is van ons.” Volgens getuigen werd het n-woord ook gebruikt tegen Sanda Dia. Zijn broer vertelde in een interview met De Morgen dat hij daardoor met een gevoel van racisme blijft zitten.

Al in het begin van het Reuzegom-dossier is er sprake van racisme. In 2020 pikte de gerenommeerde Amerikaanse krant The New York Times het verhaal op van de fatale studentendoop bij Reuzegom. De krant noemde zijn dood toen “een symbool van de groeiende onverdraagzaamheid” in ons land, maar uiteindelijk werden de Reuzegommers niet voor racisme vervolgd. De burgerlijke partijen hebben ook nooit klacht ingediend wegens racisme. In het arrest dat 118 pagina’s telt, komt de term ‘racisme’ niet voor. “Dat is logisch omdat er niet vervolgd werd wegens racisme”, zegt Anthony Godfroid, die voor dierenrechtenorganisatie Gaia optrad.

7. ‘Als de Reuzegommers niet willen zeggen wie er visolie heeft gegeven aan Sanda, zijn ze allemaal schuldig.’

De omerta binnen Reuzegom stoot veel mensen tegen de borst. Niet alleen is nooit uitgeklaard wie de professor in Leuven van antwoord diende. Ook de belangrijkste vraag – wie heeft de vissaus toegediend? – werd op het proces niet beantwoord.

Volgens het Antwerpse hof van beroep is geen van de achttien Reuzegommers schuldig aan het toedienen van schadelijke stoffen. Dat komt niet omdat ze daarover gezwegen hebben maar omdat ze volgens de rechters niet beseften hoe schadelijk die vissaus is.

De collectiviteit wordt wel aanvaard als het gaat over onopzettelijke doding. Op dat vlak dragen alle Reuzegommers evenveel verantwoordelijkheid. “Tijdens het doopritueel waren alle beklaagden aanwezig. Zij stonden rondom de schachten en moedigden hen aan goudvissen in te slikken en deze vervolgens, middels de toediening van visolie, weer uit te braken… Het drinken van de visolie betreft een actief groepsgebeuren, waarbij het drinken van de visolie door de groep werd opgedragen.” Het hof verwijt aan elkeen van de bij deze visproef aanwezige beklaagden een mededaderschap.

Ook op vlak van de mensonterende behandeling en dierenmishandeling werd de collectiviteit aanvaard.

Protest tegen uitspraak in proces-Sanda Dia houdt aan

Het ongenoegen over de straffen die uitgesproken zijn in het Reuzegom-proces blijft groot. Dit weekend vonden op verscheidene plaatsen protestacties plaats tegen de – volgens de aanwezigen – veel te lichte straffen die de achttien leden van studentenclub Reuzegom kregen na de studentendoop die Sanda Dia het leven kostte.

Het Antwerpse hof van beroep legde 18 leden van de studentenclub Reuzegom werkstraffen tot 300 uur en geldboetes tot 400 euro op voor de dood van Dia. Afgelopen zaterdag kwamen een honderdtal mensen samen aan het gerechtsgebouw van Hasselt. Ze hadden pamfletten bij met opschriften als “Dit is geen gerechtigheid, maar klassenjustitie”, “FOK Klassenjustitie”, “Justice for Sanda” en “Iedereen kan nu verder met zijn leven behalve Sanda”.

Zondag werd er geprotesteerd in Gent, Brugge en Brussel. De grootste opkomst was er in Gent, waar een duizendtal manifestanten samenkwamen onder de Stadshal. Vandaar ging het in groep richting het Gentse Justitiepaleis. In Brugge en Brussel kwamen telkens een paar honderd mensen op straat.

Opgemerkte aanwezige in Brussel was YouTuber Acid, die vorige week in een van zijn filmpjes de namen van een aantal Reuzegommers online gooide. Het filmpje werd door YouTube verwijderd. Het bedrijf besliste ook om het account van Acid een aantal dagen te blokkeren.

Voor juridische gevolgen moet Acid voorlopig niet vrezen: het parket van West-Vlaanderen liet dit weekend weten dat er geen gerechtelijk onderzoek volgt naar de bewuste video. Tenzij een van de Reuzegommers klacht zou indienen. De advocaten van de Reuzegommers lieten eerder al weten dat ze de video verwerpen, maar van een klacht is voorlopig geen sprake. Acid lijkt trouwens vast van plan om de gang van zaken in het proces-Sanda Dia te blijven aanklagen. Voor de camera’s van VTM Nieuws gaf hij te kennen dat hij vandaag met nieuwe informatie zal komen: “Ik heb toch een manier gevonden om iets naar buiten te brengen.”

Artikel uit De Morgen, 5 juni 2023

Beeld Wouter Van Vooren

Lees meer
VRT NWS, 26 mei 2023

Advocaten Reuzegommers: "Rechtvaardig arrest"

De advocaten van de Reuzegommers reageren over het algemeen tevreden. "Dit is een rechtvaardig arrest, gebaseerd op feiten", zegt meester Joris Van Cauter. "De rechter heeft geoordeeld dat het een tragisch ongeval was, waar geen kwaad opzet mee gemoeid was."

"Mijn eerste reactie is dat het een evenwichtige en beredeneerde uitspraak is, boven de oorlogstaal die we de afgelopen maanden en jaren gehoord hebben", klinkt het bij John Maes.

"Afsluiten zal voor mijn client nooit lukken", zegt ook Walter Damen. "Dat is iets wat ik het laatste jaar enorm heb gemerkt, alsof die jongens geen spijt zouden hebben. Alsof ze daar niet mee zouden inzitten. Ik kan u verzekeren: mijn client zal dit heel zijn leven meedragen, hij zal er elke dag mee opstaan en elke avond mee gaan slapen."

 

VRT NWS Live blog, 26 mei 2023

Liveblog - Reuzegommers krijgen werkstraffen, advocaat familie Sanda Dia: "Er is recht gesproken, maar het zal nooit genoeg zijn" | VRT NWS: nieuws

Lees meer
Het Nieuwsblad, 24 mei 2023

Vier jaar cel voor “beursgoeroe” die 2,4 miljoen euro van klanten verspeelde: “Ik wou niemand oplichten”

Een 57-jarige Kortrijkzaan is veroordeeld tot vier jaar cel voor onder meer oplichting. Hij overtuigde tientallen investeerders om geld te investeren dat hij zou beleggen, maar raakte alles kwijt. Zeven personen die werden gedagvaard als tussenpersoon werden vrijgesproken.

“Ik wilde absoluut niet dat het zo liep. Het was nooit mijn bedoeling mensen op te lichten. Ik was 7 op 7 en 24 op 24 bezig met de beurs en wilde geld voor hen verdienen. Er waren dagen dat ik tot 10.000 euro verdiende om dan op een dag alles te verliezen. Ik geraakte gewoon in een tunnelvisie.”

De spijt van de 57-jarige Frederic G. uit Kortrijk klonk oprecht. Maar toch. Voor de burgerlijke partijen was het een wrang betoog. Zo’n 70 mensen hadden de man geld toevertrouwd. Geld waarmee hij op de beurs ging spelen, geld dat hij uiteindelijk verspeelde. Veel geld, zo’n 2,4 miljoen euro in het totaal.

Beursgoeroe

Het levert de man nu een celstraf van vier jaar op. De rechter legde de man een beroepsverbod op van 10 jaar. Daarnaast wordt een bedrag van ruim 1,5 miljoen euro verbeurdverklaard. Zeven andere personen, waaronder zijn ex, werden vrijgesproken. Zij fungeerden als tussenpersonen die op zoek gingen naar de investeerders. “Ik was degene die de beleggingen deed en het geld verloor. Niemand anders treft hier schuld”, had G. hen uit de wind gezet.

Hoe de man zo’n fortuin kon verspelen? “Hij deed zich voor als beursgoeroe, maar dat was niet zo”, aldus een advocaat. Het Openbaar Ministerie omschreef het zo. “Hij sprak over zijn successen en bewees die met cijfers, grafieken en getuigenissen.”

OCMW-uitkering

Die successen deden hem uiteindelijk ook de das om. Riante loft, dikke Porsche en dure uitjes zorgden ervoor dat het gerecht argwaan kreeg. De man leefde namelijk van een uitkering van het OCMW. In 2012 was hij ziek geworden. In die tijd zocht hij een manier om cash te verdienen en traden op de beurs leek te werken.

Dat draaide dus helemaal anders uit. G. werd nu veroordeeld voor onder meer oplichting, witwassen en valsheid in geschrifte. “Ik geloof nog steeds dat hij wel kon traden en dat het niet van het begin af aan opgezet spel was. De rapporten die hij voorlegde van de winsten liet ik zelfs nog nakijken door iemand met kennis van zaken en die was onder de indruk. Of ik mijn geld zal terugzien? Ik denk het niet. Ik verwijt hem vooral dat hij tot op het einde bleef nieuw geld aanvaarden van anderen. Vanaf nu investeer ik gewoon in vastgoed”, getuigde Jean Loyens uit Genk, een van de slachtoffers.

Van Cauter Advocaten stond in deze zaak één van de beklaagden bij die werd vrijgesproken.

 

Artikel uit Het Nieuwsblad, 24 mei 2023

Lees meer

Wij gebruiken cookies

Door deze website te gebruiken, aanvaardt u de cookies. Voor meer informatie, zie ons privacy- en cookiesbeleid